Schrijfsels

Wens

’t is al tweeslachtig gevoel

dat in mijn herte woel

gij schoon, gij zeker

ik giftig in uw beker

als liefde kon beminnen

waarom die haat in onze zinnen

als ‘k warm bij u wil zijn

waarom die blik van koud azijn

graag zo dicht

maar niet te dicht

’t samenzijn ontneemt het licht

als zwaarte mij aan stukken knelt

mijn lede maten opgebeld

overbelast, te veel bezeten

krijg ik maaglast in ’t geweten

dat ik ook mijn ziel dit gun

lucht te happen na de fun

spreek ik deerlijk zonder schroom

’t is da’k in mijn herte koom

om daar dinges op te knappen

vuil smart en kwade sappen

voel geen wroeging, vloek noch spot

want dat maakt mijn herte zot

mijn diepste wens

gij zijt een god

en soms

een mens.